Zoeken

Platteland

“Gedistantieerde, nuchtere en uitdagende commentaarjournalistiek zoals in Het Platte Land is zeldzaam.”

Door

Deel deze pagina:

(Jan Joost Lindner in De Volkskrant)

“Ook voor wie kriebelig wordt van zoveel tevredenheid en weinig ziet in zijn idyllische beeld van een landje waarin iedereen al sinds de zeventiende eeuw rustig met elkaar samenleeft, is Zonnevelds boek lezenswaardig.”

(Peter de Bruijn in NRC Handelsblad)

Dit boek verscheen in 1997 bij Uitgeverij Prometheus.

Trouw – woensdag 19 februari 1997

Rottenberg en Wiegel: Tweede Kamer te ambtelijk

Van onze parlementsredactie DEN HAAG – Oud-PvdA-voorzitter Rottenberg vindt dat de Tweede Kamer haar gebrek aan ‘eerbiedwaardigheid’ heeft te wijten aan haar ambtelijke werkwijze. VVD-senator Hans Wiegel is dat met hem eens. “Wat de Tweede Kamer bedreigt is dat zij zich in zichzelf opsluit.”

Wiegel en Rottenberg in café Schlemmer in Den Haag bij de presentatie van het boek ‘Het platte land’ van Michiel Zonneveld.

Hoe verschillend Rottenberg en Wiegel ook mogen zijn van karakter en politieke overtuiging, zij stemmen overeen in hun oordeel over de manco’s van de Tweede Kamer. Dat bleek gisteren in een debat tussen beiden ter gelegenheid van de presentatie van het boek Het platte land, van de politiek journalist Michiel Zonneveld (Het Parool).

Wiegel schetste hoe het aantal medewerkers van de Tweede-Kamerfracties in enkele decennia tijd is verveelvoudigd, een proces dat samenging met een steeds verdergaande specialisatie van de Kamerleden. “De Tweede Kamer is daarmee verbureaucratiseerd. We moeten een stapje terug doen.” Wiegel herinnerde zich dat bij zijn aantreden als Kamerlid, in 1966, slechts drie van de 150 Kamerleden geen andere functies bekleedden. De anderen konden zich permitteren naast het Kamerlidmaatschap een baan aan te houden.

Rottenberg sprak van ‘overwoekerde’ fractiespecialisten. “De onderwijsspecialisten in de Kamer hebben zich zo ver op een deelterrein teruggetrokken dat één fractie voor de behandeling van de onderwijsbegroting zeven leden moet inzetten.” Een bijkomend effect is dat lobbyisten en adviesbureaus die zich hebben toegelegd op die deelterreinen hun kans schoon zien. “Dat is echt link”, zei Rottenberg onder bijval van Wiegel.

De groeiende omvang èn status van de groep fractieleden die zijn belast met de interne organisatie van de fractie, het ‘fractiebureau’, tekenen volgens hem de bureaucratisering. Wiegel viel hem bij: “Met een secretaris die de brieven opent en een penningmeester die de fractiekas beheert moet het organisatorische deel van een fractie toch compleet zijn.”

De VVD-senator opperde een kleinere Tweede Kamer als remedie. Net als vóór 1956 zou de Kamer weer moeten bestaan uit 100 leden, in plaats van 150. Ironisch: “In de tijd dat ik nog iets te betekenen had in de VVD, schreef ik nog samen met de huidige minister Van Aartsen het VVD-verkiezingsprogramma. De partij nam dat helemaal over, op één punt na. Mijn pleidooi voor een Kamer van 100 zetels heeft het niet gehaald. De tegendruk van Kamerleden die dachten: Daar gaat mijn stoel! was te groot.”

Wiegel bewaart uit zijn tijd als Tweede-Kamerlid de beste herinneringen aan de kleinste van de VVD-fracties waarin hij zitting had. De bescheiden omvang (zestien zetels) dwong de Kamerleden zich te matigen in hun dwang tot specialisatie. Rottenberg zei dat hij om dezelfde reden eens heeft geopperd de PvdA-fractie te splitsen in twee, los van elkaar opererende blokken onder één fractieleider.

Deel deze pagina:

© copyright 2024 Michiel Zonneveld| ontwerp: Ministry of Data